Er gaan veel veronderstellingen en opvattingen rond over een zomerschool. Is het een vorm van extra bijles, een spoedcursus taal en rekenen?“ Dat in ieder geval niet”, neemt Caroline le Clercq stelling. Zeker niet in kern IJmuiden/Velsen-Noord.
Afgelopen zomer vonden 130 leerlingen van dertien basisscholen de weg naar de zomerschool, die op drie scholen in gemeente Velsen werd georganiseerd. Het initiatief kwam voort uit het kernoverleg- ingesteld door het samenwerkingsverband- waarin scholen uit een kern periodiek bespreken hoe zij met elkaar vorm kunnen geven aan passend onderwijs. Een zomerschool was hier en daar eerder aan de orde gekomen in Velsen. Maar doordat er nu een vast overleg platform was, konden spijkers met koppen geslagen worden.
De eerste drie weken
Ook Gemeente Velsen bleek er oren naar te hebben en het projectplan en de subsidie aanvraag werden goedgekeurd. Zomerschool Velsen was geboren in de vorm van een driejarige pilot. “Het achterliggende idee was om maatschappelijk zwakkere kinderen in de gemeente op een andere manier te ontwikkelen en te prikkelen en ze te helpen de lange zomerperiode zinvol te overbruggen’. Zo hebben wij er altijd tegenaan gekeken”, aldus Caroline le Clercq, samen met Mirelle Vermeulen projectleider van de zomerschool.
Zij oriënteerden zich in andere steden waar zomerscholen al zijn opgericht (Amsterdam, Zaanstreek, Eindhoven). Dat leidde tot een belangrijke aanpassing in de planning. “Oorspronkelijk hadden we de zomerschool bedacht in de laatste drie weken van de vakantie. Dat hebben we verschoven naar de eerste drie weken, omdat iedereen dan nog in het schoolritme zit.”
Ontwerpend leren
Toen Denise Bakker hoorde van de zomerschool, zag ze haar kans schoon om als kleuterlerares op de Franciscusschool in IJmuiden een keer aan de bovenbouw les te geven. Ze meldde zich aan als leerkracht voor groep 5 en 6. En nu, achteraf, heeft ze daar geen moment spijt van. “De methode van het ontwerpend leren sprak mij enorm aan. Het zorgt voor rijk onderwijs met workshops als poppen maken en uitstapjes met de boswachter. Het lijkt op creatief freewheelen, maar intussen ontdekken kinderen hun talenten en werken ze aan belangrijke vaardigheden.”
Ook Geeske van Klaveren, consulent bij het samenwerkingsverband, had zin om haar oude vak tijdelijk op te pakken. “Je ziet de praktijk weer even van binnenuit en je doet nieuwe inzichten op. We hadden binnen de zomerschool ondersteuning van stagiaires en een onderwijsassistent, waardoor we leerlingen konden opsplitsen in kleinere groepjes en ze gerichter aandacht konden geven. Daarnaast hadden we als leerkrachten dagelijks een gezamenlijke opening en afsluiting, waardoor we elkaar over en weer konden tippen over allerlei dingen. Zoiets zou ook in het reguliere onderwijs kunnen werken.”
Is er een winterschool?
Natuurlijk zijn er na het eerste pilotjaar leerpunten. Scholen in de gemeente kunnen nog beter bekend raken met de zomerschool en meer meegenomen worden in de gedachte erachter. “Uit het veld hoor je dat men het schoolser had verwacht. Maar zo krijg je kinderen niet mee in een periode dat hun vriendjes vakantie vieren”, aldus Caroline. “Sommige reacties van kinderen waren hartverwarmend. Is er ook een winterschool, juf? Mogen mijn vriendjes komen? En: zo wil ik wel zes weken naar school!”, vervolgt Denise. Caroline: “Alle zomerscholen verdubbelen jaarlijks in leerlingen. Daar gaan wij ook voor. Het voorziet in een behoefte.”