In hoeverre is De Praktijkklas passend onderwijs?
“In alle opzichten. Het past kinderen die beter met hun handen leren dan met hun hoofd. Het grappige is dat we in het basisonderwijs veel te bieden hebben voor leerlingen die bovengemiddeld begaafd zijn, maar niet voor leerlingen die sterk praktisch georiënteerd zijn. De Praktijkklas komt voort uit de overtuiging dat er een oplossing moet zijn voor elk kind.”
Hoe komen de kinderen bij jou binnen?
“Met doorgaans een laag zelfvertrouwen. Ze komen in het reguliere leerstofjaarklassensysteem moeilijk mee en leggen de schuld bij zichzelf. Hier bloeien ze op en zijn ze omringd door soortgenootjes met dezelfde beperkingen en talenten als zij. Dat voedt de eigenwaarde. Wat je wilt met De Praktijkklas is deze groep kinderen succeservaringen meegeven.”
Wat zijn je eigen ervaringen tot nu toe?
“Dit is het derde jaar. We zijn gegroeid van vijf naar elf kinderen, allemaal uit groep 7 en 8. Dat is wat mij betreft het maximum voor één leerkracht. We werken met hele praktische opdrachten; we gaan pizza’s bakken of papier maken. Dat vereist instructie en je moet handelingen voordoen.”
“Nu neem ik soms een paar leerlingen apart en vraag hen om de rest te instrueren. Dat is niet ideaal. Dit zijn kwetsbare kinderen. Ze willen het liefst van begin tot eind bij de hand genomen worden. Als iets niet meteen goed gaat, zeggen ze: ‘het is mislukt!’ ‘Nee’, zeg ik dan, ‘het kan beter. Daar gaan we aan werken.’ Ik heb de afgelopen jaren gemerkt dat je voor dit proces de tijd moet nemen.”
Werkt deze vorm van passend onderwijs?
“Laatst zei een IB’er tegen mij over een leerling: ‘als hij bij De Praktijkklas is geweest, gaat de rest van de week makkelijker. Het is voor hem een break in de week.’ Dat vond ik een mooie reactie. De boost die De Praktijkklas geeft hoor ik vaker. Een tijdje terug had ik een meisje dat haar komst in de klas erg spannend vond, maar bij de tweede les al straalde. Het is misschien niet meetbaar, maar kinderen komen met plezier hiernaartoe. En voor mij is het zo dat kinderen zich gaan ontwikkelen, als zij lekker in hun vel zitten en zich veilig voelen.”
Moet er meer maakonderwijs komen op reguliere scholen?
“Ik denk dat er veel meer kinderen baat bij hebben, als je dat bedoelt. Bij sommige scholen is het methodisch al aardig ingebed, zoals met ontwikkelingsgericht onderwijs en het IPC curriculum. Maar het vraagt toewijding. En in hoeverre ben je bereid om de systematiek van toetsing los te laten?”
Wat wil je nog meer met De Praktijkklas?
“Ik zou graag met de kinderen op bezoek gaan bij bedrijven. Daar is het door corona nog nauwelijks van gekomen, maar het is toch hun voorland. Hoe ziet de dag van een fietsenmaker eruit? Hoe werkt vakken vullen en ‘spiegelen’ in een supermarkt? Ik heb zelf drie jaar les gegeven op een praktijkschool in het voortgezet onderwijs. Daar gingen jongeren in het derde jaar op externe stage. Dan pas zag je de muntjes vallen. Zo leuk is dus de praktijk! Dit kan ik voor anderen betekenen! Geweldig om mee te maken.”